
In de aanloop naar de Salon van Brussel, bericht 'La Nation' onder de titel 'Quelques indiscrétions sur le prochain salon' het volgende:
12.08.1890 | LA NATION

De volgende dag tilt 'Le Soir' een tip van de sluier op en geeft iets meer informatie:
13.08.1890 | LE SOIR


De wedstrijd waarvan sprake in de bovenstaande artikels, is een initiatief van de 'Godecharlestichting', opgericht in 1871 door Napoléon Godecharle (1803-1875), die de vorming en de carrière van jonge Belgische beeldhouwers, kunstschilders en architecten wilde promoten. Het was initiatief ter nagedachtenis aan zijn vader, de beeldhouwer Gilles-Lambert Godecharle.
De Godecharle-wedstrijd zelf werd in het leven geroepen in 1878 en een eerste maal georganiseerd in 1881. De laureaten moesten een werk aan de wedstrijdjury voorleggen dat blijk gaf van 'een opmerkelijke bekwaamheid en gegronde hoop op groot succes'. Bovendien moesten ze in staat zijn om 'later, via hun toekomstige creaties, bij te dragen tot de uitstraling en de artistieke reputatie van België'.
De wedstrijd werd om de drie jaar georganiseerd, t.g.v. de Salons des Beaux-Arts in Brussel en is vandaag – met aangepaste regels – nog steeds actief (meer info op www.godecharle.be)
Dat Jef Leempoels op zijn 23e genomineerd is voor deze prijs is een stevige duw in de rug, maar… het is Auguste Levêque die de hoofdprijs krijgt voor zijn 'Job'. Levêque, afkomstig van Nijvel en een jaartje ouder dan Leempoels, eindigde een jaar eerder ook al op de derde plaats voor de Concours de Rome. Hij studeerde ook bij Portaels in Brussel, en Leempoels zal hem ongetwijfeld goed gekend hebben.


01.09.1890 | DE VLAAMSE SCHOOL

De twee 'jonge heeren' in het stukje van 'De Vlaamsche School' zijn uiteraard Jef en zijn broer Frans op het werk van een jaar eerder. De term 'windhapper' werd gebruikt als synoniem voor 'opschepper', of 'poseur'. Iemand die zich - in het geval en Jef en Frans - rijper of volwassener voordoet dan hij is.


Comments