De Belgische kranten hebben in de eerste maanden van het jaar niets te melden over Leempoels. Als we iets willen weten, moeten we dat in de Amerikaanse pers gaan zoeken.
05.01.1907 | AMERICAN ART NEWS
24.02.1907 | NEW YORK TIMES
31.03.1907 | NEW YORK TIMES
06.04.1907 | AMERICAN ART NEWS
'l'Indépendance' is de enige krant die melding maakt van Leempoels terugkeer. Maar uit het korte berichtje weten we dat hij andermaal een overtocht maakte in illuster gezelschap.
12.04.1907 | L’INDÉPENDANCE BELGE
James-Gustavus Whiteley is een Amerikaan, ex-bankier en sinds 1903 Leopold II's persoonlijke lobbyist in de VS. In zijn paper 'James Gustavus Whiteley: the lost agent of King Leopold II' schetst Jonathan Broida een portret van de man die hij 'overlooked in much of the popular historiographies written on Leopold and the Congo Free State' en 'a major player in Leopold’s lobbying of the United States and his defense of Congo atrocities' noemt. (https://soar.suny.edu)
Terug in België heeft Jef Leempoels net de tijd om naar Parijs te reizen en te zorgen dat de suppoosten de twee portretten, die hij uit New York meegebracht heeft, op de juiste plek en in het juiste licht hangen.
15.04.1907 | LE JOURNAL
15.04.1907 | LE SOIR
Van 22 april tot 31 oktober loopt in Venetië de VIIe biënnale, waar België zijn eigen paviljoen bouwt in de zgn. 'Giardino', ontworpen door de jonge art-deco architect Léon Sneyers.
N.B. België was het eerste land dat zijn eigen paviljoen bouwde. Architect Léon Sneyers gebruikte in zijn ontwerp art nouveau stijl met invloeden van de Weense architectuur. Het paviljoen werd later regelmatig uitgebreid, verbouwd, gerenoveerd en gemoderniseerd, maar het staat er vandaag nog altijd.
Uit het verslag van Vittorio Pica in ‘L’Arte Mondiale’ weten we dat Hyppolite Fierens-Gevaert de selectie mocht doen en dat Jef Leempoels bij de aanwezigen was, maar niet met welk werk.
In Brussel moeten ze weer eens een jury samenstellen. Gelukkig zijn ditmaal de quota per regio gekend alvorens de stemming plaatsvindt. 'le Matin' laat uitschijnen dat het een fluitje van een cent zal worden.
24.04.1907 | LE MATIN
Een paar weken later komt 'l'Indépendance' met wat meer uitleg die toch al enige twijfel laat rijzen of het allemaal zo simpel gaat lopen. Verschillende groeperingen schuiven elk hun eigen kandidaten naar voren.
08.05.1907 | L’INDÉPENDANCE BELGE
Veertien dagen later wordt de enigszins verrassende uitslag gepubliceerd in 'Het Staatsblad'. Het is opnieuw 'le Matin' die het meedeelt. Het artikel is vooral interessant omdat het ons wat meer inzicht verschaft in de 'machtsverhoudingen' tussen enerzijds de verschillende groeperingen, maar ook in de opdeling 'Brabant - Vlaanderen - andere provincies'
24.05.1907 | LE MATIN
De 33e Salon van Brussel loop van 28 augustus tot 10 november in de linkervleugel van het Jubelpark. Jef Leempoels is aanwezig met twee werken:
11.09.1907 | LE MATIN
Oeps… ze noemen ‘Sœurs de Douleur’ een ‘malencontreuse erreur’, een ‘onfortuinlijke vergissing’!
We weten dat Leempoels dit werk volledig veranderd heeft in 1907: hij heeft toen de kolommen laten verdwijnen om enkel nog een landschap over te houden. We weten niet of hij dat al gedaan had voor de Salon, of naar aanleiding van deze en mogelijk andere, minder positieve opmerkingen.
De recensent van ‘le Matin’ staat trouwens niet alleen met zijn kritiek. Ook François Verhelst in ‘Durendal’ kan zijn treurend zusterpaar maar matig appreciëren. Eerst geeft hij Camille Lambert, een jonge, veelbelovende kunstenaar uit Arlon, een stevige bolwassing en meteen daarna krijgt Jef Leempoels van hetzelfde laken een pak.
11.09.1907 | DURENDAL
Jef Leempoels speelt opnieuw zijn spelletje: één van zijn twee ingezonden werken wil hij niet expliciet benoemen. Gelukkig heeft ‘l’Indépendance’ een gesprekje met hem gehad en die krant wil ons wél vertellen wie de knappe ‘Mademoiselle X’ is.
11.09.1907 | L’INDÉPENDANCE BELGE
Het blijft dus raden welke zus het nu is... Waarschijnlijk is het niet Hélène, die een jaar daarvoor gehuwd is met Léon Pasteels en dus eigenlijk niet langer ‘mademoiselle’ is.
De broers Normand, die na de salon het bilan opmaken, menen dat Leempoels wat adem tekort komt.
BILAN DES SALONS 1907 | Paul & Gilles NORMAND
Tijd voor Leempoels om andere oorden op te zoeken. Op 5 oktober vertrekt hij in de haven van Antwerpen nog eens met bestemming New York; dit keer op de S.S. Finland.
Jef Leempoels reist opnieuw ‘first class’, waar – enkele reis en afhankelijk van het gewenste comfort – een prijskaartje aan vast hing van $300 tot $800.
Omdat het zijn laatste transatlantische reis van deze reeks is, staan hieronder een paar beelden die een idee geven van het interieur dat voor elk van de vier schepen van ‘Red Star Line’ – de Finland, Kroonland, Vaderland en Zeeland – grotendeels identiek is. En dus ook het comfort.
Wie interesse heeft en meer informatie zoekt over deze schepen, kan terecht op een van deze websites: http://www.redstarline.eu en http://www.norwayheritage.com , waar deze foto’s staan. In feite zijn het prentkaarten van de Red Star Line die men aan boord kon schrijven. De meeste passagiers deden dat daags voor aankomst en dropten ze dan in de postzak die met het volgende schip terug richting thuis ging.
Voor Jef Leempoels start een nieuw seizoen in New York met een nieuw adres…
02.11.1907 | AMERICAN ART NEWS
Van een upgrade gesproken... Leempoels installeert zich ditmaal aan 5th Avenue op de hoek met 45th Street. Twee blokken wandelen van Grand Central, in een vrij drukke handels- en winkelbuurt. Tien jaar later wordt nr. 556 het adres van de Knoedler Gallery
N° 546 was een gebouw van 6 verdiepingen. Er waren een aantal andere bedrijfjes en verenigingen gevestigd: de benedenverdiepint was ingenomen door de ‘Fifth Avenue Art Galleries’. Een paar jaar later zou de bekende bonthandelaar ‘Jaekel & Sons’ zich daar installeren. Dr. James P. Haney, de secretaris van de ‘National Society for the Promotion of Industrial Education’, was een buur van Leempoels.
Het gebouw werd in 1958, samen de schoenwinkel op 548, omgebouwd tot een bankkantoor dat intussen ook alweer plaats gemaakt heeft voor de 22 verdiepingen hoge glazen toren van de Safra National Bank.
En... laat ons niet vergeten dat het ‘s winters bitterkoud kan zijn in New York, zoals bovenstaande foto van 1905 bewijst. Leempoels zal flink moeten stoken zichzelf en zijn modellen warm te houden in zijn studio. Van naaktportretten zal er geen sprake zijn.
Eind 1907 verschijnt in Philadelphia ‘On Art and Artists’ van Max Nordau, waarin hij eerder behandelde thema’s bundelt en verder uitwerkt: ‘Socialistic Art – Constantin Meunier’, ‘The Social Mission of Art’, ‘The Question of Style’, ‘Physiognomies in Painting’, ‘Works of Art and Art Criticism’, e.a.
‘Physiognomies in Painting’ gaat over rariteiten in de portretkunst. Nordau heeft het daarin o.a. over de ‘dekadente slangen-vrouwen’ van John W. Alexander, over Jean Boldini, Bouguereau, Cézanne, Frédéric, en – van p. 246 tot 250 – ook over Jef Leempoels.
. . .
Ook Sander Pierron blikt op het einde van het jaar in ‘l’Année Artistique 1906’ terug op het ‘Salon van Gent’. In hoofdstuk VI heeft hij het over beeldhouwkunst en jawel… er bestaat een buste van Jef Leempoels, gehouwen in Carrara-marmer, door Victor Rousseau, die zijn atelier in Vorst had.
Op het schilderij 'un Studio' uit 1931 staat een borstbeeld centraal op de marmeren schouw, links van de artiest. Zou dat misschien het bewuste beeld zijn?
L’ANNÉE ARTISTIQUE 1906 | SANDER PIERRON
Comments