Als we de beschikbare gegevens in een genealogisch programma invoeren, zoals “Aldfaer”, en dan vragen om een gezinskaart te genereren, dan krijgen we een vrij droge opsomming van namen, geboorte-, huwelijks- en overlijdensdata en dito plaatsen.
De gegevens van het gezin Leempoels-Van Rompay schetsen het beeld van een doorsnee Brusselse familie in de tweede helft van de 19e eeuw: een vader, een moeder en – over een tijdspanne van 23 jaar – hun tien kinderen.
Ludovicus Joannes LEEMPOELS,
° Rotselaar 10 maart 1834, † Brussel 25 juni 1904, zn. van Joannes Baptista en Isabella NEYS,
x Brussel 11 nov. 1865
Maria VAN ROMPAY,
° Booischot 8 april 1841, † Brussel 3 maart 1922, dr. van Petrus VAN ROMPUY en Joanna Catharina CEULEMANS.
Uit dit huwelijk komen 10 kinderen:
1. Jeanne LEEMPOELS, ° Brussel 13 maart 1862, † Lodz (Rusland) 13 febr. 1880.
2. Franciscus Ludovicus LEEMPOELS, ° Booischot 21 jan. 1866, † Ternat 14 dec. 1953, x 1894 Maria Felicia Clara TOUSSAINT, ° Dinant 31 juli 1871, † Ternat 17 mei 1951.
3. Joseph Louis Marie LEEMPOELS, ° Brussel 15 mei 1867, Kunstschilder, † 11 april 1935, [] Elsene x Drogenbos 15 okt. 1910 Georgette Joanna Louiza VAN HUELE, ° Ruisbroek 26 apr. 1882, † 1965, [] Elsene, dr. van Louis en Antoinette DE POTTER.
4. Alphonse Marie Guillaume LEEMPOELS, ° Brussel 30 april 1869, † 28 maart 1880.
5. Louise Marie LEEMPOELS, ° Brussel 27 april 1871, † 1950.
6. Josephine Marie Louise LEEMPOELS, ° Brussel 29 juli 1872, † Brussel 31 aug. 1872.
7. Maria Jeanne LEEMPOELS, ° Brussel 15 febr. 1874, † Brussel 25 december 1881.
8. Josephine Marie Louise Adèle LEEMPOELS, ° Brussel 4 april 1877, † 1952.
9. Hélène Marie Guillaumine LEEMPOELS, ° Brussel 1 aug. 1880, † 1976, x Brussel 17 okt. 1906 Léon Joseph PASTEELS, ° Elsene 22 dec. 1881.
10. André Leon Marie LEEMPOELS, ° Brussel 2 jan. 1885, † Brussel 10 juli 1885.
Voor relevante achtergrondinformatie moeten we op zoek naar betrouwbare, meer uitgebreide bronnen. Een goede start zijn de aktes van de burgerlijke stand op https://agatha.arch.be/, de nieuwe website van het Rijksarchief in België. Die geven alvast een hoop onverwachte en interessante details.
De geboorte van Maria Ceulemans is op 9 april 1841 op het gemeentehuis van Booischot gemeld door haar grootvader Joannes Baptista Ceulemans, een beenhouwer. De ambtenaar van dienst maakt een foutje: in plaats van te akteren dat Maria een kind is van J.B.’s ongehuwde dochter Joanna Catharina, noteert hij de aangever Joannes Baptiste en zijn vrouw Maria Heremans als de ouders. Als opa Jean Baptiste in februari 1843 ook de geboorte van een tweede onwettig kind van zijn dochter laat registeren, een zoon die de naam Carolus krijgt, is alle info correct.
Op 3 april 1844 trouwt Joanna Catherina Ceulemans met Petrus Van Rompuy en en dan gaat het opnieuw een beetje mis. Petrus heet wel degelijk Van Rompuy, maar in de boeken van Booischot is bij de wettiging van de beide kinderen de familienaam ingegeven als Van Rompay. En dat blijft zo…
Goed vijf maanden na hun huwelijk, op 28 september 1844, overlijdt Joanna Catherina. In 1847 - Maria is dan net zes jaar - hertrouwt Petrus met Joanna Wouters. Het landbouwersgezin wordt later nog uitgebreid met Bonaventura (1848), Albertina (1850), Florentia (1852) en Francisca (1855).
Over het leven in het gezin moeten we ons geen al te grote illusies maken; het zal hard werken geweest zijn, niet alleen voor de ouders, maar ook voor de kinderen die al vrij jong hun taken in het huishouden of op het land moesten opnemen.
Wanneer Maria het ouderlijke huis verlaten heeft en waar ze eerst ging werken, is niet te achterhalen, maar ze zal ongeveer 16 of 17 jaar zijn als iemand haar introduceert als huishoudhulp bij een familie in de omgeving van Mechelen of Leuven. Binnen de “stam Leempoels” houdt men het op het “kasteel van Arenberg” in Heverlee, het favoriete kasteel van de adellijke familie Arenberg. Van daar naar het “Hôtel d’Arenberg” – het stadsverblijf van de familie in Brussel, dat vandaag bekend staat onder de naam “Egmontpaleis” – is dan ook een vrij logische stap.
Rond 1860-1861 woont en werkt Maria in Brussel. Ze is twintig jaar oud, ongehuwd, ongeletterd, en onverwacht zwanger. In Leempoels-kringen doen twee uiteenlopende meningen de ronde over wie de vader is; al zijn beiden het erover eens dat het iemand van het personeel van het Hôtel d’Arenberg, of één van zijn frequente bezoekers moet zijn.
De eerste groep is van mening dat het een van de bedienden in het ongetwijfeld talrijke personeel van het Hotel is. Dan is haar latere man, Louis Leempoels, uiteraard de meest voor de hand liggende keuze, zowel voor Jeanne (“meer dan waarschijnlijk”) als voor Frans (“absoluut zeker”).
De tweede groep vindt dat Louis moest opdraaien voor iets waar de verantwoordelijkheid elders lag (lees: hogerop). De graaf zelf? Iemand uit zijn entourage? Iemand die regelmatig over de vloer kwam bij de Arenbergs? Een onverbeterlijke rokkenjager met grote appetijt voor jonge meisjes? Op die momenten valt steevast de naam van kroonprins Leopold II van Saksen Coburg, nauwelijks 5 jaar ouder dan Maria, gehuwd met Marie Henriette van Oostenrijk, en niet afkerig van een excursie buiten het echtelijke bed. De tweede groep beweert bewijs te hebben, dat door de anderen als “indirect” wordt afgedaan. Ze komen in de loop van de volgende hoofdstukken nog wel ter sprake,
Beide meningen zijn uiteraard op speculatie gebaseerd en het juiste antwoord kende alleen Maria Van Rompay. Wat wel onomstotelijk vaststaat is dat de zwangerschap voor het jonge meisje uit Booischot geen evidente zaak geweest is.
Afgaande op de summiere gegevens die we terugvinden op de geboorteakte van Jeanne, was de bevalling dat evenmin.
1. JEANNE VAN ROMPAY is geboren in de Boomgaardsteeg in Brussel, op donderdag 13 maart 1862 om 05 uur.
Twee dagen later doen Maria en Barbe Steens aangifte op het stadhuis. Uit die akte weten we dat Maria bevallen is in de Impasse du Verger, de Boomgaardsteeg, één van de zes beluikjes met hun ingang in de rue des Navets, het Rapenstraatje; in dit geval naast nr. 8. De rue des Navets is zelf niet meer dan een smal verbindingsstraatje tussen de Anderlechtstraat en de Kleine Zennestraat, in “Section 3”. In de “almanach” van 1862 lezen we dat het Rapenstraatje minstens 38 huisnummers telde, die in de steegjes niet meegerekend. Het is gokken naar hoeveel mensen er in totaal woonden, want slechts twee zijn met naam opgenomen, omdat ze een beroep uitoefenden; de ene verkoopt jenever, de andere is koeherder. De rest is simpel werkvolk zonder naam, quantité négligeable.
Een naburig steegje heette, cynisch genoeg, “Impasse de la Maternité”… In een van die krotten verhuurde iemand een “kraamkamer”. Maria’s bevalling speelde zich dan ook letterlijk en figuurlijk af in vrij duistere omstandigheden. Comfort en hygiëne waren ver te zoeken en de enige aanwezige op dat vroege tijdstip was Barbe Steens, de “garde-couches”, die als adres “rue de la Petite Senne” opgaf. Voor Maria is enkel genoteerd “domiciliée à Anderlecht”. De waarheid of een leugentje? Als ze op Arenberg werkte, is dat toch een trip van een half uur door de stad.
Barbe Steens was een van de vele zelfbenoemde bevallingsassistenten die in Brussel actief waren. Door de grote toestroom naar de stad konden reguliere dokters en opgeleide vroedvrouwen het werk amper aan. Overal doken daarom “ervaren” vrouwen op die hun diensten aanboden bij bevallingen; met alle risico’s daaraan verbonden.
In een publicatie uit 1854 waarschuwen twee artsen van de “Conseil supérieur d’hygiène publique” vrij expliciet voor deze (wan)praktijken. Tegelijkertijd pleiten ze voor een registratie van “het beroep”, een basisopleiding voor deze dames en een goede opvolging door regelmatige controles.
Hoe Maria het moederschap en haar job in het Hotel d’Arenberg combineert, weten we niet. Meer dan waarschijnlijk hebben familieleden in Booischot zich over de kleine Jeanne ontfermd en is Maria op haar vrije momenten naar huis gegaan om bij haar te zijn.
In de zomer van 1865 is Maria opnieuw (ongewenst?) zwanger…
Op 11 november 1865, om 11 uur ‘s morgens, twee maanden voor de geboorte van de nieuwe kleine, staan Louis Leempoels en Jeanne Van Rompay samen voor Henri Vandermeeren, de Officier van de Burgerlijke Stand van de stad Brussel. Na afloop van de korte ceremonie zijn ze officieel getrouwd en wordt de huwelijksakte nr 1552 opgesteld en ondertekend.
Een halfbroer van Louis, Guillaume De Greef, tuinman in Leuven en een neef, Philippe Leempoels, een tapijtwever uit Brussel, zijn hun getuigen. Verder is er François Haine, domestique (mogelijk een collega van Louis) en Laurent Sanders, een kleermaker. Ook Maria’s vader, Petrus Van Rompuy, was aanwezig en ondertekent de akte. Dat document geeft vrij summiere informatie over het koppel.
Louis Jean Leempoels, geeft “domestique” op als beroep en als adres de Place du petit Sablon n° 17. Dat is het adres van zijn werkgever, de Graaf van Arenberg. Louis kon als dienstbode waarschijnlijk aanspraak maken op “kost & inwoon” in het Hôtel van zijn werkgever.
Maria is “cuisinière” en woont in de Miniemenstraat 17. Dat is zo’n 500 meter verderop, vlak om de hoek van de Grote Zavel. Ze huurt daar een kamer bij Catherine Mainy, de weduwe van oud-burgemeester André-Napoléon Fontainas.
2. FRANCISCUS LUDOVICUS LEEMPOELS is geboren in de Pijpelstraat 301(Wijk 1) in Booischot, op zondag 21 januari 1866 om 02 uur.
De aangifte gedaan is door Henricus Geeraerts, de man van Joanna Ceulemans, een tante van Maria. Heeft het koppel – de herinnering aan de geboorte van Jeanne in het achterhoofd – er welbewust voor gekozen om uit Brussel weg te gaan en in Booischot bij de familie te gaan bevallen? Of waren ze gewoon een dagje op bezoek toen de kleine zich aanbood? Officiële aktes laten gelukkig voldoende ruimte voor enige fantasie.
Frans’ geboorteakte bevestigt dat Louis en Maria allebei als “bedienden bij den Hertog van Arembergh te Brussel” werken maar vermeldt geen adres. Maar we mogen ervan uitgaan dat het koppel intussen samenwoont aan de Kleine Zavel 17, zoals latere aktes ook opgeven.
N.B. In de discussie rond het vaderschap van Jeanne en Frans is dit document niet onbelangrijk. Het maakt duidelijk dat Maria en Louis wel degelijk “collega’s” waren en elkaar waarschijnlijk dagelijks zagen. Dat is altijd een argument “pro” geweest voor de groep die Louis als legitieme vader van Jeanne (mogelijk) en van Frans (zeker) beschouwt.
3. JOSEPH-LOUIS-MARIE LEEMPOELS is geboren in de Kleine Karmelietenstraat nr. 29, in Brussel, op woensdag 15 mei 1867 om 06 uur.
Deze akte bevestigt dat Louis en Maria samenwonen aan de Kleine Zavel 17. Op het adres aan de Kleine Karmelietenstraat 29 woonde een handelaar in steenkool, maar er is geen vroedvrouw geregistreerd. De kans is dus vrij groot dat Maria op een van de bovenverdiepingen bevallen is met opnieuw enkel de assistentie van een (oudere) collega of een garde-couches.
Louis geeft nog altijd “domestique” op als beroep; voor Maria is er geen beroep genoteerd. Mogelijk heeft ze, met 3 kinderen, gekozen om thuis te blijven.
4. ALPHONSE-MARIE-GUILLAUME LEEMPOELS is geboren in de Manègestraat, 12, in Brussel, op vrijdag 30 april 1869 om 08 uur.
De aangifte van zijn geboorte gebeurt een dag later, op 1 mei 1869. De “rue du Manège” bestaat tegenwoordig niet meer onder die naam. Zij is sindsdien een aantal keren van naam veranderd o.a. in “rue de la Licorne”, “rue de la Folie” en “rue de l’Enfer” of “Hellestraete”. Vandaag is het de J. Dupontstraat, die dwars op het Egmontpark staat en in de richting van de binnenstad overgaat in de Van Moerstraat.
Alphonse overlijdt op 28 maart 1880 en in de akte noteert de “Officier de l’Etat Civil” uiterst accuraat dat hij tien jaar, negen maanden en 29 dagen oud geworden is.
5. LOUISE-MARIE LEEMPOELS is geboren in de Manègestraat, 14, in Brussel, op donderdag 27 april 1871 om 20 uur.
Ofwel is er in de rue du Manège een hernummering gebeurd; ofwel is de familie naar het naastliggende huis verhuisd tussen de geboorte van Alphonse en die van Louise.
Louis laat in 1871 nog altijd “domestique” noteren als beroep..
6. JOSEPHINE-MARIE-LOUISE is geboren in de Manègestraat, 14, in Brussel, op maandag 29 juli 1872 om 13 uur.
Het meisje wordt amper een maand oud. Ze overlijdt op 31 augustus in de Boomstraat 14 (rue de l’Arbre), letterlijk om de hoek van waar Louis en Maria wonen. Mogelijk had Josephine een zwakke gezondheid en was ze daarom ondergebracht bij een min of een oppas.
7. MARIA JEANNE LEEMPOELS is geboren in de Manègestraat, 13, in Brussel, op zondag 15 februari 1874 om 16 uur.
De aangifte van haar geboorte gebeurde op 18 februari. Akte 953 vertelt ons dat het thuisadres nu rue du Manège nummer 13 is, aan de overkant van de straat.
Maria overlijdt op kerstdag 1881 om zes uur ’s ochtends, anderhalve maand voor haar achtste verjaardag. In de overlijdensakte laat Louis Leempoels optekenen dat hij “liquoriste” is.
8. JOSEPHINE MARIE LOUISE ADÈLE LEEMPOELS is geboren in de Manègestraat, 13, in Brussel, op woensdag 4 april 1877 om 17 uur.
De akte vermeldt nog een ander adres: “Louis Leempoels et Marie Van Rompay, conjoints, résidant même maison, domiciliés place du petit Sablon, n° 13”. Dat lijkt alsof er op dat ogenblik een apart woon- en werkadres is, al is Louis in 1877 nog altijd “domestique”…
9. HÉLÈNE MARIE GUILLAUMINE LEEMPOELS is geboren in de Manègestraat 13 in Brussel, op zondag 1 augustus 1880 om 23 uur.
Opnieuw staat er op de akte een tweede adres als domicilie: Place du petit Sablon, 8. Dat is hetzelfde nummer als op de overlijdensakte van Alphonse, in maart van hetzelfde jaar.
Louis is intussen 46 jaar en hij laat nu als beroep “epicier”, kruidenier optekenen.
10. ANDRÉ LÉON MARIE LEEMPOELS is geboren in de Manègestraat 11, in Brussel, op zondag 21 juni 1885 om 18 uur.
André overlijdt 19 dagen later, op 10 juli. Louis is “cabaretier”. Dat betekent dat hij een “cabaret” uitbaat, een plek waar – tegen betaling – drank en eten te krijgen was. De voorloper van een hedendaags café of een brasserie.
Samengevat: Louis Leempoels en Maria Van Rompay krijgen, in een tijdspanne van drieëntwintig jaar, zes dochters en vier zonen. Tien kinderen in totaal, waarvan er vier vrij jong overlijden. Hieronder een beknopte weergave van wat we weten van de andere zes.
Jeanne, de oudste zou op 17-jarige leeftijd overleden zijn in Łódź (nu in Polen, toen een stad aan de westrand van het Russische Rijk). Die info komt van een doorgaans betrouwbare genealogische bron, maar die geeft spijtig genoeg geen sluitend bewijs onder de vorm van een akte. Als het klopt, werkte Jeanne op dat ogenblik mogelijk als bediende voor iemand uit de Arenberg-entourage en was ze mee op reis c.q. familiebezoek. Op zich hoeft dat niet te verwonderen: enkele echtgenotes van de hertogen van Arenberg hadden hun roots in Centraal-Europa (o.a. Marie-Ludmille-Rose de Lobkowicz en Eleonora d’Arenberg).
Frans ambieert een carrière bij de overheid; naast “bediende” vinden we op diverse documenten als beroep “candidat huissier”, “beambte bij het ministerie van Rechtswezen” en “attaché au ministre de Justice”. In 1894 trouwt hij in Brussel met Marie Toussaint, afkomstig uit Dinant, Hun twee eerste zonen, Raymond en Albert zijn in Brussel geboren, maar in 1900 verhuist de familie naar Ternat, waar de volgende 6 kinderen ter wereld komen: Ludovica, Marcel, Helena, Walter, Georgette en Josée; vier dochters en twee zonen.
Frans is in Ternat van nabij betrokken bij de oprichting van de lokale afdeling van de “Belgische Werkliedenpartij” (BWP). Maria Toussaint was in 1932 de eerste vrouwelijke kandidaat bij de gemeenteraadsverkiezingen van Ternat, uiteraard ook voor de BWP. In 2012 stelde “Groen/SpA” voor om vier Ternatse straten een vrouwennaam te geven. Die van Maria Toussaint was één van de voorstellen, maar vandaag (2024) is er nog geen Maria Toussaintstraat...
Frans was in 1890 ook een van de stichtende leden van de CNB, de “Cercle de Natation de Bruxelles”, samen met Frans Mulle, Célestin François, Louis Joors en Emile Vanderborght. Die kozen Frans tot voorzitter, en hij bleef in die functie tot 1902, toen hij tot secretaris-generaal werd benoemd en bijdroeg tot de oprichting van de Federatie. Frans werd daarom later ook wel de "Grootvader van de Kring en de Federatie" genoemd,
Jef, de kunstschilder, krijgt alle aandacht in de volgende hoofdstukken.
Louise Marie is volgens informatie op diverse genealogische pagina’s in 1950 overleden, 78 of 79 jaar oud. Gezien de wetten op openbaarheid van aktes, is daarvoor momenteel nog geen officiële bevestiging beschikbaar. Louise was vroedvrouw en de kans is groot dat zij ongehuwd bleef.
Josephine Marie Louise Adèle is volgens informatie op diverse genealogische pagina’s in 1952 overleden, 74 of 75 jaar oud. Gezien de wetten op openbaarheid van aktes, is daarvoor nog geen officiële bevestiging beschikbaar. Josephine was ook vroedvrouw en is ongehuwd gebleven.
Hélène Marie Guillaumine trouwt in 1906 met Léon Panneels en ze krijgen samen minstens 3 dochters, Lucienne (°1907), Marie (°1909) en Hélène (°ca 1918). Die laatste heeft als roepnaam ‘Titie’ en is regelmatig model voor Jef Leempoels. Hélène Marie is 95 jaar oud als ze in 1976 overlijdt. In de almanachs van 1910 tot 1914 wordt ook Hélène vermeld als vroedvrouw.
Het valt meteen op dat Louis en Maria regelmatig verhuisden. Een reconstructie van hun opeenvolgende adressen geeft meteen ook aan hoe Brussel op het einde van de 19e eeuw, onder impuls van koning Leopold II, compleet van uitzicht veranderde. Volledige wijken gingen tegen de vlakte om plaats te maken voor nieuwe gebouwen die Brussel als een modern ogende stad richting de 20e eeuw moesten loodsen.
Tussen 1865 en 1867 woonden Louis en Maria aan de Kleine Zavel 17. Dat is het adres van het Arenberghotel, meteen ook hun werkplek. Met de komst van Jef, de derde in de rij, is de kans groot dat hun optrekje daar te klein werd en dat ze een ander onderkomen moesten zoeken.
Dat werd, alvast tussen 1870 en 1874, een huis aan de rue du Manège 14. In 1875 startte men met onteigening en afbraak van een groot deel van de huizen in de straat; bijna de hele rij met even nummers ging tegen de grond, inclusief nr. 14. De familie Leempoels trok naar de overkant van de straat, op nr. 13 waar - volgens de “Almanach du Commerce” van 1875 - Louis een cabaret uitbaatte. Op hetzelfde adres woonden ook nog een metselaar en een koffermaker.
Op de Kleine Zavel werden de nummers 1 tot 12 afgebroken werden, waarna architect Hendrik Baeyaert de buurt mocht herinrichten. De overgebleven panden en de nieuwe huizen kregen een ander nummer; het Arenberghotel heeft vanaf 1877 niet langer nr. 17, maar nr. 8.
Waarom in 1877 en 1880 plotseling de dubbele adresvoering rue du Manège/Kleine Zavel opduikt op de geboorteaktes van Josephine en Hélène is een raadsel. De almanachs van 1876 en 1877 ontbreken en we kunnen dus niet verifiëren of Louis zijn cabaret - tijdelijk? - gesloten heeft om opnieuw als “domestique” te werken, maar daar lijkt het alvast op.
Na 1880 is het duidelijk: Louis is fulltime cabaretier in de rue du Manège (al vermeldt de doopakte van Hélène “epicier” en de overlijdensakte van Maria “liquoriste”). Dat blijft zo tot in 1886 of 1887, wanneer het zoveelste afbraak- en renovatieproject de familie daar verdrijft.
Opnieuw gaan ze het niet erg ver zoeken… In de almanach van 1887 staat achter het nummer 4 in de Telescoopstraat nog “vide”, maar in de edities van 1888 en 1889 staat er “Leempoels, L., cabaretier”. De familie heeft daar waarschijnlijk haar intrek genomen in de loop van 1887.
In de loop van 1889 verhuist de hele familie nog een laatste keer naar de nieuw aangelegde Van Moerstraat. Ze wonen op nr. 8 en Louis houdt een cabaret open op nr. 6. Volgens het Archief van Brussel heeft hij dat laatste perceel gekocht: “Leempoels Louis. Il achète au comptant à la Ville le 8 mai 1889 un terrain sur lequel il fait bâtir l’immeuble portant le n° 6”. Het ernaast liggende stuk is enkele maanden eerder verkocht: “Jean Asselbergs, achète à la Ville le 27 février 1889 un terrain sur lequel il fait bâtir l'immeuble portant le n°8”.
Vanaf de editie 1892 vinden we ook de naam van Louise terug in de “Almanach du Commerce”. Louise is dan 21 jaar, afgestudeerd en ze heeft zich officieel gevestigd als vroedvrouw.
Vanaf de uitgave 1897 heeft Jef Leempoels ook zijn eigen vermelding in de almanach en in 1902 staat ook Josephine vermeld als vroedvrouw. Met verder nog een “chirurgien-dentiste” als onderhuurder, lijkt het aan de Van Moerstraat 8 bijna op een medisch centrum.
Ter oriëntatie bij de onderstaande kaart: het gaat om een uitsnede van het “Plan de Bruxelles et des communes limitrophes publiée par la Librarie Kiessling Cie” (1882) met de plaatsen in Brussel waar het leven van de familie Leempoels zich afspeelt tussen 1860 en 1890. Een stukje grootstad van pakweg 300 x 300 m.
Links bovenaan is het Paleizenplein met het koninklijk paleis, centraal bovenaan de rue des Petits Carmes/Kleine Karmelietenstraat en de Wolstraat/rue aux Laines, met Hôtel d’Aremberg, het huidige Egmontpaleis. Vlak daaronder de Square du Petit Sablon/Kleine Zavel, respectievelijk de werkplek en de woonplaats van Louis en Maria.
Iets verder naar rechts, de rue du Manège die van het park van Aremberg naar beneden doorloopt tot tegen de rue de l’Astre. Parallel daaronder de rue des Minimes/Miniemenstraat, waar Maria woonde voor ze met Louis huwde. Tussen die twee, naast het kerkje van de Miniemen, loopt de Telescoopstraat. De Van Moerstraat bestond nog niet en staat dus niet op dit plan.
Een jonge Jef – toen nog Joseph – Leempoels gaat rond zijn 15e of 16e studeren aan de “Koninklijke Academie voor Schone Kunsten”, aan de Zuidlaan/rue du Midi, een kwartiertje stappen van thuis.
Jan Frans Portaels, Vilvoordenaar, kunstenaar en pedagoog is daar op dat ogenblik directeur. Naast zijn verdienste voor een indrukwekkende eigen carrière moeten we Portaels vooral herinneren als de bezieler achter een nieuwe generatie Belgische kunstenaars, waaronder Emile Wauters, Théo van Rysselberghe, Léon Frédéric, Josse Impens, Jakob Smits, en vele anderen. Wie ook zijn invloed liet gelden op deze generatie is Joseph Stallaert, die op vraag van Portaels de verantwoordelijkheid voor de lessen "schilderen naar de natuur” en “decoratief schilderen” op zich nam.
Het is in die competitieve omgeving dat de jonge Jef, die zijn tekentalent eerder al getoond heeft, zijn kennis en kunde verder aanscherpt en onder deskundige begeleiding nieuwe technieken ontdekt, zoals schilderen met waterverf en olieverf.
Een blik op enkele representatieve werken van zijn leermeesters is voldoende om te weten wie de jonge Jef Leempoels oog voor detail ingelepeld heeft.
Comments